Mijn plan voor de PvdA
Tijd voor echte verandering
Ons Nederland is het land van gelijke kansen en een fatsoenlijke basis voor iedereen. Een land waarin we werk belonen en de opbrengsten eerlijk delen, een land met liefdevolle zorg als je dat nodig hebt en met een goede leraar voor de klas. Een land waar niemand alleen staat en met een schone en duurzame toekomst. Met ons verkiezingsprogramma, ons plan voor een eerlijker en fatsoenlijker Nederland, laten we zien hoe we deze idealen dichterbij kunnen brengen.
Maar voor echte verandering heb je meer dan de beste ideeën nodig. Echte verandering is het resultaat van mensen die zich inzetten voor elkaar en iets over hebben voor een ander. Het is het resultaat van mensen die zich uitspreken, verbinden en die durven te strijden.
Precies daarvoor is de PvdA opgericht. Een sterke PvdA kan Nederland eerlijker maken en zorgen voor echte vooruitgang. Door de kracht van ons collectief te benutten kan onze partij weer leidend worden in de strijd tegen onrecht en ongelijkheid en op weg naar een mooi bestaan voor iedereen.
Om effectief aan deze even noodzakelijke als ambitieuze taak te werken, hebben we in eerste instantie elkaar nodig. We moeten alle kwaliteiten die de PvdA in den brede bezit – en dat zijn er nogal wat – in stelling brengen. We moeten als team optrekken en anderen gezamenlijk overtuigen.
Hoe we dat gaan doen? Job Cohen zei ooit, “De PvdA moet niet de demper zijn op andermans idealen” en ik vind dat nog altijd een heel terechte opmerking. Onze partij moet er niet zijn om VVD-beleid minder desastreus te maken of om CDA-ministers bij de les te houden. De PvdA moet een partij zijn die herkenbaar handelt vanuit haar eigen verhalen. De PvdA is links met lef.
Die strijd voeren we als de grootste ledenpartij van Nederland. Die verbinding geeft kracht. De leden aan het roer van de Partij, en de Partij weer verbonden en richtinggevend aan alle progressieve krachten in Nederland die ons land eerlijker, socialer en duurzamer willen maken. Dat is mijn doel als voorzitter. En dit is mijn plan om dat te bereiken

De PvdA als ideeënpartij
open gesprekken en idealen voorop
In tijden van grote onzekerheid is het belangrijk dat je kunt terugvallen op onze sociaaldemocratische idealen. Ze zijn het kompas waarop we varen. De PvdA heeft een beginselmanifest waarin haar belangrijkste idealen zijn opgenomen, maar die zijn sinds 2005 niet meer serieus tegen het licht gehouden. Onze idealen moeten daarom worden afgestemd op het hier en nu, zonder dat het meteen gaat over beleid en maatregelen. Een voorzitter dient als de hoeder van deze eigentijdse waarden.
Een aantal jaar geleden werd in het Van Waarde-project, een aantal belangrijke waarden voor de toekomst onderscheiden. Naast verheffing, een sterke gemeenschap en goed werk werd ook het begrip bestaanszekerheid genoemd. Wat mij betreft is dit de centrale waarde voor de Partij van de Arbeid.
We streven naar bestaanszekerheid omdat dit de basis legt voor alle andere waarden in de samenleving. Zonder bestaanszekerheid geen vrijheid, geen gelijkheid en geen wereld om over te dragen aan de volgende generatie. In een tijd van flexcontracten, zorgwekkende klimaatverandering en een nijpend tekort aan betaalbare woningen, hebben mensen al genoeg onzekerheid te verwerken. Wat mij betreft wordt dit daarom de waarde waar we al onze plannen, ambities en eventuele regeerakkoorden de komende tijd als eerste aan toetsen. Ik zie het huidige verkiezingsprogramma als ons eerste verhaal dat deze toets glansrijk heeft doorstaan.
Maar onze idealen, waarden en plannen vragen om voortdurende aandacht in een open dialoog tussen leden. En daarvoor heb ik de volgende voorstellen:
Als we die vanuit vertrouwen met elkaar voeren, hoeven we niet bang te zijn. Er hoort ruimte te zijn voor meningsverschillen, daar worden onze plannen alleen maar beter en scherper van. Te lang zijn we te terughoudend geweest met het bespreekbaar maken van gevoelig liggende thema’s als klimaatverandering, racisme en migratie. Ik wil een partij voorzitten waarin we meningsverschillen best kúnnen uitvechten via moties, amendementen en ordevoorstellen, maar waar dat niet hóéft. Ik wil vooral leden met elkaar laten praten in een open gesprek. Waarbij iedereen zich welkom voelt en waar we op een positieve manier met elkaar praten over hoe we de toekomst zien.
De PvdA moet weer durven om dé landelijke discussies aan te voeren, door grote thema’s onderdeel te maken van grote nationale debatten waarbij we niet alleen onderling, maar ook met veel tegendenkers (en tegenstanders) het gesprek aangaan. Dat maakt ons herkenbaar en geloofwaardig als brede progressieve volkspartij.
Als in onze partij de jongste generatie meer ruimte krijgt, scherpt dat ook onze algehele ideeënvorming: de onderwerpen van de toekomst komen sneller aan bod en we geven podium aan de vertolkers van het geluid dat daarbij hoort, door sneller te durven kiezen voor jonge mensen op onze kieslijsten en in het partijbestuur. Daar hoort ook bij dat we vaker aandacht moeten hebben voor vragen die specifiek voor leden onder de 30 het meest relevant zijn, bovendien zijn deze vragen juist in de kern vaak diep sociaaldemocratisch, denk aan de worsteling om een betaalbare woning te vinden, of aan de onzekere en kwetsbare arbeidsmarktsituatie van jongeren.
Dit zijn samenkomsten waar leden op een creatieve manier politiek kunnen bedrijven. Niet de besluitvorming staat centraal, maar het zoeken naar nieuwe oplossingen voor actuele problemen. Te lang hebben we uit angst moeilijke onderwerpen vermeden. Door vanuit verschillende invalshoeken naar de uitdagingen van onze tijd te kijken, kunnen we stevige standpunten innemen bij complexe vraagstukken. Zo wordt de formele besluitvorming weer het sluitstuk van het proces.
Zelf denk ik met genoegen terug aan hoe we het verkiezingsprogramma hebben opgesteld. In een constructieve gedachtewisseling, met input en perspectieven van leden en experts binnen en buiten de partij, hebben we met meer dan duizend leden jonge rode veren laten groeien. Die energie moeten we blijvend stimuleren in verhouding tot de veranderende wereld.
Het uitgangspunt van het oorspronkelijke Van Waarde was om politiek te bedrijven door steeds opnieuw werkelijk te luisteren naar de mensen die het aangaat, met oog voor sociale en maatschappelijke ontwikkelingen en in verbondenheid met onze idealen. De schatkist die het heeft opgeleverd is aan vernieuwing toe. In het Van Waarde 2.0 project trekken we de wijken in en nemen we het leven van mensen als startpunt.
Het beginselmanifest markeert het streven naar een gemeenschappelijk ideaal. Daarmee wekken we individuele politieke ambities op. En zo strijden we voor een gezamenlijk doel. Door open gesprekken ontstaat eensgezindheid over de belangrijkste vraagstukken. Op deze wijze vormt het beginselmanifest het sluitstuk van de andere discussies.
Dienstbaar voorzitterschap
voor een sterke politieke vereniging
Onze vereniging dient als ontmoetingsplek. Een plek waar mensen met plezier samenkomen om met elkaar van gedachten te wisselen en inspiratie op te doen voor initiatieven die de samenleving verbeteren. Een plek waar mensen ondersteuning vinden bij het waarmaken van hun doelen en ideeën. Onze leden hebben enorm veel passie en energie en dat is waar onze vereniging op drijft. Ik ben erg gemotiveerd om als voorzitter het beste uit alle leden te halen. Daarom wil ik de drempel tot participatie verlagen, zodat ieders stem gehoord wordt.
Maar lid zijn is meer dan gehoord worden. Het is ook meebeslissen over de toekomst van onze partij en de middelen krijgen om dat te doen. Dat betekent het inzetten van moderne technologieën voor meer inspraak. Het opleiden en trainen van onze leden. De band tussen ‘Den Haag’ en de afdelingen verkleinen en de administratieve ballast van afdelingen wegnemen.
Om ervoor te zorgen dat we het beste uit onze vereniging halen heb ik de volgende voorstellen:
Bij lokale verkiezingen stemt een kiezer vaak gedreven door idealen en wat er speelt in de eigen omgeving. Maar dat betekent niet dat afdelingen er alleen voor staan en alles maar zelf moeten regelen. Ik wil regionale campagnehubs oprichten, eventueel gesteund door de gewesten, waar expertise en materiaal aanwezig is. Maar waar ook de kracht van de partij wordt gemobiliseerd om afdelingen te helpen bij hun (permanente) campagne. Je leent er even snel mooie banners, een BBQ, een goede kraam of een opvallend campagnevoertuig. Of samen met andere afdelingen huur je via de campagnehub een bus om vrijwilligers op één dag samen te brengen en in meerdere dorpen of steden in te zetten. Ook is het mogelijk om snel iets te laten ontwerpen, drukwerk te maken, of bijvoorbeeld een communicatie- of campagnetraining te geven. Deze infrastructuur kan voor alle verkiezingen worden gebruikt en zorgt ervoor dat elke afdeling op campagnegebied boven zich uit kan stijgen.
Vooral kleine afdelingen hebben nog weleens hun handen vol aan administratie waardoor ze aan het politieke handwerk of campagne-activiteiten niet toekomen. Waar dat gewenst is, kunnen op centraal of regionaal niveau administratieve taken worden overgenomen. Waar kleine afdelingen behoefte hebben aan een regionale voortrekker, stimuleren we die ontwikkeling. Ook kunnen zusterafdelingen elkaar helpen met tips, of met het bundelen van vrijwilligers in campagnes.
Door vaker informeel bij elkaar te komen zorgen we ervoor dat er altijd gezellige bindingsactiviteiten zijn in de buurt. Daardoor leren we elkaar beter kennen en kunnen we elkaar makkelijker benaderen voor ondersteuning of expertise.
Het bezoek van een Europarlementariër, Eerste- of Tweede Kamerlid geeft energie aan een afdeling. Andersom kunnen onze politici zo optimaal gebruik maken van de goede ideeën van onze leden. Vaak het land intrekken moet dus de norm zijn voor onze politici en de voorzitter jaagt dit aan waar nodig. Daarbij geeft ze zelf het goede voorbeeld.
De kennis en kunde vergroten we binnen onze partij door stevig in te zetten op coaching en training. Er zijn veel verschillende initiatieven, maar die zijn versnipperd. Deze stroomlijnen we met professionele ondersteuning. Zo hoeven we niet allemaal het wiel opnieuw uit te vinden.
De sociaaldemocratie heeft de beste volksvertegenwoordigers en bestuurders voor de toekomst nodig. Daarom moeten we een sterke landelijke scoutingsmachine bouwen die talent herkent en kweekt (jong en oud) voor Tweede Kamer tot Europees Parlement en van Provinciale Staten tot gemeenteraad. We beginnen wat mij betreft onder andere met Talentdagen zoals ze ook bij voetbalclubs doen. Daar kunnen politiek geïnteresseerden zich melden en je kunt er politiek talent voor aanmelden. Een dag trainen en laten zien wat je kunt. Goede coaches die met je meedenken en je volgen en opleiden naar de plek die bij je past. Met sterke scouting en opvolging leiden we onze toekomstige leiders op.
Met een kleiner budget is het nog belangrijker geworden om de kracht van onze leden te gebruiken. In ieder lid schuilt een vrijwilliger. Een verstevigde vrijwilligersondersteuning helpt in het mobiliseren en activeren van die vrijwilligers. Wat mij betreft krijgen de partijvoorzitter en Internationaal Secretaris minder betaald om daar meteen extra mensen voor te kunnen werven.
We benutten alle nieuwe, creatieve technologische mogelijkheden die deze tijd ons biedt, zodat de leden veel vaker inspraak hebben over de toekomst van de partij. We schuwen niet om daarmee te experimenteren. En ook moet er sprake zijn van een voortdurend gesprek, waarbij een motie geen startpunt is van een discussie, maar juist het sluitstuk van een goed debat.
We bundelen onze krachten
samen sterker, open voor nieuwe vormen
De wereld veranderen kunnen we niet alleen. Daar hebben we lef voor nodig en moeten we macht voor organiseren. Door samen te werken met andere linkse partijen en met organisaties die ons aan het hart liggen. Vakbonden moeten weer vanzelfsprekend bij ons aan kunnen kloppen en bewegingen die met ons strijden tegen onrecht vinden bij ons een thuis. Black Lives Matter, klimaatorganisaties, lerarenprotesten: samen staan we sterker. Wie over prangende maatschappelijke kwesties in gesprek wil, moet bij onze vereniging zijn. Dat betekent dat we onze vereniging vaker open moeten durven stellen, ook als dat prikkelt of schuurt. Daarmee organiseren we op een natuurlijke manier de aansluiting bij wat leeft in de samenleving en vormen we een stevige brug tussen activisme en politiek.
Door onze krachten te bundelen zijn we als links sterker. Om dat te realiseren heb ik de volgende voorstellen:
Juist met de inzet van onze ombudsteams herkennen we al in een vroeg stadium voor welke nieuwe sociale problemen een sociaaldemocratische oplossing nodig is en met wie we die strijd samen kunnen oppakken. We versterken en vernieuwen de ondersteuning van onze ombudsteams en maken een stevige verbinding met bijvoorbeeld huurdersverenigingen en cliënten- en patiëntenraden.
Bij ons vindt het debat over de toekomst plaats. Iedereen die voor een sociale, eerlijke en duurzame toekomst strijdt, is daarbij welkom.
Ben je al lid van de ‘linkse familie’, bijvoorbeeld van de vakbond, natuurmonumenten of Amnesty International, dan kan je tegen gereduceerd tarief eenvoudig lid worden van de PvdA en zo ook je politieke invloed vergroten. Zo slaan we een brug tussen onze beweging en andere organisaties en nemen we (financiële) drempels weg om maatschappelijk en politiek betrokken te zijn.
Nog te vaak beperken we onze zoektocht naar nieuwe volksvertegenwoordigers en bestuurders tot een vast clubje. Door mensen van buiten te halen zorgen we ervoor dat onze ideeën fris blijven en onze blik open. Juist op die manier stimuleren we diversiteit, inclusiviteit en sociaal-culturele vernieuwing.
De PvdA is een partij die midden in de samenleving staat en hoort tussen de mensen. Er zijn ontzettend veel goede initiatieven in de samenleving, van klimaat protesten tot acties voor een hoger minimumloon voor jongeren. We moeten veel vaker verbinding zoeken met gelijkgestemden.
Veel goede ideeën stranden bij het gebrek aan organisatie. Als PvdA hebben we 41.000 leden en een enorme organisatiekracht. Die moeten we veel vaker op projectbasis inzetten om andere linkse initiatieven te ondersteunen. Daarbij verlagen we de drempel met tijdelijke lidmaatschappen voor afzonderlijke projecten.
Het is cruciaal dat we brede linkse samenwerking organiseren. Dat doen we om onze idealen dichterbij te brengen. Ik voel me thuis bij GroenLinks in de aanpak van de klimaatcrisis, bij de Partij voor de Dieren als het gaat om natuur, bij de SP in de strijd voor de publieke sector en hogere lonen, en bij BIJ1 in het aanpakken van racisme en discriminatie. We staren ons niet blind op een fusies maar we verkennen alle mogelijke opties. Wat mij betreft kan dat het beste gezamenlijk. Daarom stel ik een werkgroep voor van GroenLinksers en PvdA’ers die dit verder uitwerkt en presenteert aan de leden van onze partijen.
Deel mijn plan voor de PvdA
Het voorzitterschap van onze partij komt met grote verantwoordelijkheden, maar ook met ongekende mogelijkheden. In dit plan laat ik zien welke mogelijkheden ik zie voor onze partij en welke verantwoordelijkheden ik graag met de PvdA wil nemen. Die partij van ons is de mooiste, roodste en meest bruisende partij van Nederland. Van die partij wil ik graag de voorzitter worden.
Maar verandering bereiken we samen. Daarom kan ik ook jouw hulp goed gebruiken. Helpen kan op allerlei manieren. Bijvoorbeeld door mijn plan voor de PvdA te delen met jouw vrienden uit de partij.